Doorgaan naar inhoud

Bloed, zweet en tranen

In 1939 was Bob Mendes twaalf jaar oud, een paar jaar jonger dan Bram Meijer, het hoofdpersonage in Bloed, zweet en tranen. Bram is een joodse jongen uit Antwerpen die het leven leert kennen in tijden van oorlog: liefde, dood, idealisme, ontgoocheling. Grote gevoelens die sterk worden uitvergroot wanneer je stad en land bezet zijn, zeker als die bezetter ook nog een persoonlijke rekening te vereffenen heeft. Op zijn 85ste pakt Mendes uit met een ware krachttoer. Hij ging diep graven in zijn eigen oorlogsverleden en kwam terug met dit werk van epische proporties. Of hoe een kleine geschiedenis van een grote oorlog door elke zin dat ene doel treft: een boek vol ellende dat op een manier alleen maar schitterend is. Mendes schrijft zich met dit werk bij in een traditie waar eerder ook Primo Levi, Erich Maria Remarque of Leon Uris de dienst uitmaakten